woensdag 1 oktober 2014

DE GOUDZOEKERS


enkele putten die tot 30 m diep zijn
Het regenseizoen loopt op zijn einde. Drie maanden werk is aan het rijpen. Het is even stil op de velden. Vooral vrouwen en kinderen zijn nu aanwezig. De jongste zoeken naar graasplaatsen voor de loslopende dieren. De vrouwen hebben hun bezigheid met de jaarlijkse pluk van bladeren en vruchten die de traditionele gerechten besausen zoals baobab blaadjes en zuring, gombo en Koumba. Alles wordt gedroogd in de zon zodat ze het een jaar lang kunnen gebruiken. Het is hard werken om te overleven want de aarde produceert in de Sahel te weinig basisvoedsel tot de volgende oogst. Voor sommige gezinnen brengt de veestapel soelaas. Een belangrijk supplement als je de mogelijkheid hebt erin te investeren. Niet iedereen heeft dat geluk.
En wat met de mannen? Een aantal mensen hadden het vermoeden dat op twee kilometers van het dorp goud in de ondergrond te vinden was. Plots werd het stil in het dorp.

de stenen worden fijn gemalen
De ondergrond van Burkina is rijk aan edele metalen, vooral goud. Een decennium terug hebben een aantal firma’s een vergunning gekregen voor een industriële uitbating. Hopelijk heeft dat een positieve socio-economische impact voor het land.
steengruis wordt gewassen

links zie je een randje goud
Wat we op enkele kilometers van het dorp meemaken is van een heel ander niveau: artisanaal. Alles gebeurt met houweel en beitel. De mensen groeperen zich in groepjes van 7 en graven putten en gangen tot diep in de grond in de hoop op een goede steenlaag te stoten. Het steengruis wordt naar boven gehaald, verder fijn gemalen en gewassen, hopend dat er wat goudpoeder tussen zal zitten en dat men zo plots een ‘Belgisch maandloon’ kan opstrijken. Dat is veel waard voor de families bij wie amper ruimte bestaat voor de dagdagelijkse uitgaven. Het risico voor eigen leven nemen ze erbij.


Geen opmerkingen: